Het verloren uur terugvinden

Het verloren uur terugvinden

Jezus’ woorden behouden hun geldigheid voor alle tijden: “Hemel en aarde zullen voorbijgaan, maar Mijn woorden niet!” vgl. Mt 24,35

Dan gaan ze ook ons aan. Maar vooral die zielen zullen er met de Kerk behoefte aan hebben ‘het verloren gegane uur’ terug te vinden, die zich durven inlaten op het grote avontuur van de persoonlijk doorleefde vriendschap met de Heer. Deze kunnen niet zonder ontroering de woorden horen die de Heer ook in Paray-le-Monial gesproken heeft:

 “Ziedaar het Hart dat de mensen zozeer bemind heeft en dat daarvoor toch alleen maar ondank en onverschilligheid tegenkomt!”

De bekende H. Hart encycliek van Paus Pius XII benadrukt dat de H. Hartverering een bijzonder machtig, door God gewild middel is ter heiliging. Het is te betreuren dat deze verering in de laatste tientallen jaren erg is teruggegaan. Velen zeggen moeite te hebben  met de verering van de Heer onder het symbool van een hart. De waarheid is wel, dat men moeilijkheden heeft met de persoonlijke liefde tot de Heer. Men begrijpt niet meer de intensiteit van Zijn liefde, gesymboliseerd in het doorboorde Hart, met vlammen omgeven.

Men begrijpt vooral de deemoed en de zachtmoedigheid van dit Hart niet meer en heeft geen weet meer van het begrip eerherstel en boete.

Men weet niet meer hoe ernstig de Heer Zijn Liefde jegens een ieder van ons bedoelt en men voelt spontaan aan, dat het gevaarlijk is op deze Liefde in te gaan: het kon wel eens zijn, dat God alles van ons zou vragen en men is niet zeker of men dat eigenlijk wel wil…

Leven wij misschien reeds in de tijd waarvan de Heer zei, dat aan het einde der tijden de liefde van velen zou verkoelen? Vgl. Matt 24,12

In de openbaringen van Paray-le-Monial heet het daarom niet voor niets, dat zij een laatste poging van de Hemel zijn om “in deze laatste dagen van de geschiedenis van het heil” de zondige mensheid alsnog tot inzicht te brengen en haar voor de ondergang te redden.

Concreet gesproken: om de mensheid te redden, verlangt de Heer niets meer, en niets minder, dan ons hart!