Maria overtreft de Engelen!

Maria overtreft de Engelen!

Het was dan ook niet passend om de mens te vereren tot er iemand in deze menselijke natuur gevonden wordt die de Engelen in deze drie punten overstijgt. En dit was de Heilige Maagd!

Om aan te geven dat ze in deze drie punten de Engelen overtrof, wilde de Engel haar eerbied betuigen met de woorden “Wees gegroet”.

Op de eerste plaats overtreft ze de Engelen wat betreft de zuiverheid,
want de Heilige Maagd was niet alleen zuiver in zichzelf, maar verkreeg ook de zuiverheid voor anderen. Ze was zelf het zuiverst wat betreft de schuld, want ze heeft noch de erfzonde, noch de doodzonde, noch de dagelijkse zonde begaan, en ze heeft ook geen enkele straf ondergaan. Zij is de Onbevlekte Ontvangenis.

In de tweede plaats overtreft de Heilige Maagd de Engelen in goddelijke vertrouwdheid.

De Engel duidde dit aan met de woorden “De Heer is met u”.

De Vader is in de Zoon.
“Wat uit u geboren zal worden, zal Heilig genoemd worden, de Zoon van GOD” (Lc. 1,35). De Heer, de Zoon, is in haar schoot aanwezig. Juicht en jubelt, bewoners van Sion: Israëls Heilige is groot in uw midden!  (Is 12,6).

De Heer is op de ene manier bij de Heilige Maagd en op de andere manier bij de Engel.
Hij is bij haar als Zoon, maar bij de Engel als de Heer van de Engel.

De Heer, de Heilige Geest, is bij haar als in Zijn tempel, als er gezegd wordt: “De tempel van GOD, de tabernakel van de Heilige Geest,” sinds ze door de Heilige Geest ontvangen heeft:  “de Heilige Geest zal over u komen” (Lk 1,35).

De Heilige Maagd is dus meer vertrouwd met GOD dan het de Engel is, want bij haar is de Heer: Vader, Zoon en Heilige Geest, de hele Drie-eenheid!

Ten derde in de volheid van de genade,
die groter is in de Heilige Maagd dan in welke Engel dan ook! Om dit aan te geven vereerde de Engel haar door haar vol van genade te noemen, als om te zeggen: “Daarom vereer ik u, want gij blinkt uit in de volheid van de genade.”