St. Gabriel openbaart de Naam

St. Gabriel openbaart de Naam

St.Gabriel begroette Maria niet met de woorden: “Wees gegroet, Maria”, maar hij noemde haar “Gij vol van genade”. Dit woord staat in de plaats van haar naam en drukt dus uit wat ze is.

Deze eenvoudige begroeting onthult dat St. Gabriël een diepe kennis van Maria had, want volgens het bijbelse begrip betekent het kennen van de naam het kennen van de persoon zelf. Voor God – en ook voor de Engel – is de naam veel meer dan een etiket dat aan de buitenkant van een voorwerp is bevestigd.

Want de naam drukt de essentie van iemand of iets uit.

God moet aan St. Gabriël het geheim van Maria hebben onthuld, haar unieke roeping om de Moeder van God te worden en de meest intieme medewerker in het verlossingswerk. De Aartsengel zag dat Maria, in tegenstelling tot alle andere vrouwen, geen erfzonde had door een uniek voorrecht van genade, en dat zij daarom werkelijk “vol van genade” is, zonder enige onzuiverheid zoals geen ander mens.

We kunnen ons voorstellen met welke grote bewondering hij naar Maria keek, hoe hij duidelijk de grote waardigheid voor ogen had, dat zij Moeder van God zou zijn en zich daarom met ontzag, vreugde en waardigheid tot haar richtte. Daarom verscheen hij voor haar niet als een machtige Engel, wiens aanwezigheid alleen al mensen bang maakt. Voor Maria verscheen hij anders. De H. Lucas geeft dit aan als hij zegt dat de Engel “bij haar binnentrad” en “van haar heenging”. (Lucas 1:28.38) Deze eenvoudige woorden wekken de indruk dat dit de eerste audientie was van de Aartsengel bij zijn toekomstige Koningin.

Gabriel verkondigde ook de naam Jezus (“… die Gij de naam Jezus moet geven”), wat aangeeft dat hij ook Degene, die uit Maria geboren zou worden, heel goed kende.

Het leven van Jezus is ook de basis voor onze relatie met de Heilige Engel. Vanuit het leven van Jezus kunnen we zien wie de Engelbewaarder in ons leven is. Want wat St. Gabriël reeds vóór de geboorte over de persoon en de zending van Jezus kon aankondigen, en wat hij al wist over het leven, de persoon en de zending van Maria, dat weet onze Engelbewaarder over ons.

Hij kent ons heel goed! Hij weet niet alleen precies hoe we zijn, wat voor goeds we hebben gedaan, wat we hebben gezondigd en wat we reeds hebben geleden, maar ook alles wat ons leven heeft beïnvloed, zowel in positieve als in negatieve zin.

Onze Engelbewaarder weet ook hoe we volgens het plan van God moeten zijn, want dat is hem geopenbaard. En hij werkt er vol ijver aan om ons, stap voor stap, te laten worden zoals God dat wil. We moeten daartoe op zijn inspiraties letten, grootmoedig antwoorden en met Gods genade meewerken. Laten we daarom Maria navolgen in onze verhouding tot de Engel en ons laten leiden, zoals zij het deed, door deze “Leraar” die God aan onze zijde heeft geplaatst.

Hij verlangt naar ons antwoord, omdat hij ons “Ja” naar God wil brengen, zoals St. Gabriël jubelend met het Fiat van Maria (Mij geschiede) terugkeerde naar de hemel.