Geloof ik echt?

Geloof ik echt?

Een koorddanser voert zijn trucs uit op duizelingwekkende hoogtes. De hoofdattractie: hij duwt een kruiwagen over het slingerende touw. Als hij aan de overkant is, vraagt hij het publiek of ze denken dat hij de kruiwagen weer terug kan duwen. De menigte applaudisseert enthousiast. Hij vraagt het een tweede keer, en weer krijgt hij goedkeurend applaus. Dan vraagt hij aan iemand die onderaan de paal staat: “Vertrouwt u mij om de kar weer terug te duwen?”
“Zeker,” roept hij terug en applaudisseert.
“Kom dan hier,” zegt de acrobaat, “en stap in, dan duw ik je naar de overkant!”

Als het Pasen voor mij moet worden, dan moet ik bereid zijn in te stappen; aan de zijlijn staan en toekijken is niet genoeg.

Instappen betekent: ik vertrouw erop dat mijn opgestane Heer en Verlosser ook mij eens over de afgrond van de dood zal leiden naar een nieuw, onvergankelijk leven, naar een leven vol nooit eindigend geluk en vervulling.

Mijn leven heeft dus niet alleen zin, maar het leidt ook tot een glorieus doel!

Wie dit vertrouwen heeft, en wij willen de Verrezen Heer heel oprecht om dit geloof vragen, want dit is zijn Paasgeschenk voor ons, heeft iets van Pasen ervaren.

Pasen is niet alleen het feest van Jezus Christus; het is ook een feest voor mij, als ik volledig leef naar het feit dat Jezus’ verrijzenis op een dag ook mijn eigen verrijzenis zal brengen tot gemeenschap met Hem in zijn eeuwige heerlijkheid.